284 Te beschrijven bijvoeglijke naamwoorden haar

Ze wierp haar lange haren als een bundel zonnestralen op den rug, en sloop nu alleen het kreupelhout in, telkens even wachtend op den prins, die het mandje met rood-glimmende beziën heel voorzichtig droeg, haar langzaam volgende.

Zijn korte grijze haren waren glad gestreken.

Toen begon zij zich uit te kleeden, zij nam den kam uit het haar, die haar toch al gedurende den avond had gehinderd, en liet het dikke zwarte haar over den rug heen en weêr zwieren.

Snikkend viel de prins op de knieën en verborg zijn gelaat in de lange, blonde haren, die als een droeve, stille stroom van Elze's legerstede afhingen.

Er waren ook magere, uitgeteerde gestalten met wit haar, dat blauw glinsterde in het zwakke licht, en kleine kinderen met groote hoofden en oudachtige denkersgezichten.

Zijn hoofd, met hoog blank, van de oogen tot aan het donkere haar, hield hij flink.

dat zal goed staan bij je korte haren.

Het was zóó iets wonderlijk liefs, dat blonde kind in haar effen blauw kleedje, waarover de gouden haren languit golfden, tusschen de wilde rozen uitkijkende, dat hij eerst dacht te droomen en zich doodstil hield.

En bekijk dan eens zijn bijna steenroode gelaat, zijn borstelige haren, zijn machtigen neus, zijn afgebeten knevel, zijn schitterende oogen waarin Oostersche tinten gloeien.

de jongen zoû dus groote blauwe oogen hebben en bruin haar, misschien een krullebol.

stond op en begaf zich naar de schuur, die gansch opgevuld was met mannen, meest langgebaard, waartusschen evenwel ook jongelieden zich bevonden, wier kin nauwelijks door eenige donzige haren was beschaduwd.

Shuty was de gunsteling van mevrouw, een mooi hondje, met lange zijdeachtige haren.

Er was nog een tikje goud in het dunne haar, nog een waasje van purper op den zinnelijken mond.

"Ik wil heel graag nog zoo'n presentje," fluisterde Elsje, terwijl ze haar hand over het zachte, blonde haar van het kind streek.

Langzaam streek zij er de schildpadden kam door, boven het rechter oor beginnend en telkens tot op de helft der lengte van het bosje haar doorgaand, het daar met de linkerhand aanvattend om verder de aan het eind verwarde haren uit te kammen, zonder zich zeer te doen.

Toen begon zij zich uit te kleeden, zij nam den kam uit het haar, die haar toch al gedurende den avond had gehinderd, en liet het dikke zwarte haar over den rug heen en weêr zwieren.

"Het is geen mooi haar," zei mevrouw d'Ablong, "maar u kunt er toch misschien wel iets aan doen dat het wat aardiger en meer gedistingeerd zit.

Er wordt verteld, dat de erbij behoorende tuinen ineen liepen met die, welke de woning omgaven van graaf Fuensaline, waar de echtgenoot van den grooten keizer stierf, die sombere Isabella van Portugal, de moeder van Filips II, wier door Titiaan geschilderd portret ons haar zachte trekken heeft bewaard onder de fijne, zijdeachtige blonde haren.

zijne armen waren bovenmatig lang, en zijne dofzwarte huid was met roode haren bedekt.

Willem zelf, op wiens fraaie golvende haren de Gravenkroon prijkte, was gekleed met een tot op de voeten hangenden tabberd van scharlaken kleur, met gouden boordsels omzet, waarop kostbare gesteenten blonken, en droeg daarboven een hemelsblauwen mantel met open mouwen, gevoerd en geboord met bont, en geborduurd met de wapens van Holland en van Henegouwen:

Daar zagen zij, niet zonder schrik, een naakten reus, den reus Winter, met ruig haar, op schotsen, met den rug tegen eenen ijsmuur gezeten.

Het was alsof een late zon schuin aanglom over heel dat harig hoofd, en over 't gele haar ook van zijne sterke handen.

" "Ja zeker, die aardige dame met dat prachtige grijze haar, die hier ook was op je verjaardag.

Zijn hoofd, zoo groot als dat van een buffel, verschool zich onder een kreupelbosch van verwarde haren.

Haar lange, losse haren vallen golvend om haar heen;

284 Te beschrijven bijvoeglijke naamwoorden  haar