233 Metaforen voor woorden

De woorden "de naaste niet onteren, haten, kwetsen of doden" zijn een aanhaling uit het antwoord van de Heidelbergse Catechismus (zondag 40) op de vraag:

"tot morgen, signor," had toch iedereen begrepen, dat die woorden de aankondiging waren van eene groote voorstelling, waarbij men in de gelegenheid zou worden gesteld ten koste van anderen te lachen.

Deze woorden zijn de eerste vage aanwijzingen dat Tolstoi zich van zijn kunnen bewust werd.

maar zijne woorden waren niet van aard om Bavo of zijne moeder te verblijden.

Ik blijf de "Nieuwe Gids" eeuwig dankbaar voor de openbaring van de zinnelijke waarde van het woord, dat het woord niet een abstractie is, maar een direct symbool, waarin ons innerlijk zijn sprekend equivalent kan vinden.

Wijl het woord een adem is, gelijk het geritsel van het verstand het geritsel der bladeren.

Uw woorden zijn als de druppelen van den dauw op den verdorrenden akker.

Het woord ~mat~ wordt gewoonlijk alleen in de alliteratie: mat en moe gebruikt. * * * * *

Zij smeekte Rogier dien goeden man te helpen, die hun beider beste vriend was, zij smeekte met aandrang, dat hij dadelijk moest gaan om te helpen, haar woorden waren snel van angst en het kindje schreide klagelijk meê, Rogier, verbluft eerst, antwoordde dat Montefeltre een groot man was en zekerlijk niet zonder reden den man een schelm had genoemd;

De laatste woorden waren het antwoord op een vragenden blik van de oude dame, een vriendelijken, veelzeggenden blik, die door zijn stralende oogen zoo openhartig werd beantwoord, dat de kleine ceremonie, als naar gewoonte, met een moederlijken kus eindigde.

Indien mijn vriendlijk woord niet baat, Uw stuurschen zin niet om kan zetten, Ik dwing tot liefde u als soldaat, En min u strijdig met haar wetten.

Zoo'n woord van u is een droppel balsem op mijn verscheurd gemoed!

Mijn woorden zijn geen bedrog geweest.

Ieder woord uit zijn mond is een verscheurend beest.

Die woorden behooren echter tot de dagelijksche uitdrukkingen, die in elken stijl te pas komen, maar veel meer in den gewonen dan in den verhevenen; het boven in § 192 aangevoerde is hier dus van toepassing.

Hiertoe behooren de woorden op -aaf, -ief- en -oof, als geograaf, telegraaf, apocrief, philosoof enz.

ieder woord is van belang.

Door den storm gedragen bereikten die woorden den ouden Cecco, en van dat oogenblik af lag hij op de knieën en bad San Marco om genade en vergiffenis.

avond niet de geringste inspanning gekost, nu daarentegen bestierf dat deftige woord hem schier op de lippen.

Ik weet dat deze woorden in het dagelijksch gebruik iets anders beteekenen.

Ieder ingewijde die voorbij een zekeren graad van inwijding is, wordt een Christus genoemd, welk woord "de gezalfde" beteekent.

" "Maar gij moet met mij meegaan, ik beveel het!" "Uw woorden zijn voor mij een bevel," zegt Guy beleefd, een glimlach onderdrukkende, als hij er aan denkt, dat zijn schoone gevangene zich een vreemd gezag over hem aanmatigt.

Dat laatste woord was het bewijs, dat hij in geen geval nog meer zou toegeven;

Hij kon er geen woord meer bijvoegen, zoo aangedaan was hij.

16, de a in cap, rad, dad, bam, tot de doffe å gemaakt; (»welke woorden thans door" enz., is eene bijvoeging van HETTEMA.

233 Metaforen voor   woorden