86 Metaforen voor zee

Toen ik trachtte een weinig orde in de lading te brengen, zag ik dat het grootste gedeelte der aan boord gebrachte voorwerpen verdwenen was op het oogenblik der ontploffing, toen de zee ons met zooveel geweld aangreep.

Al heel vroeg toonde de knaap, dat de zee en verre landen hem meer aantrokken dan de eenvoudige wolkammerij des Vaders, en daarom liet deze den jongen onderwijs geven in de Latijnsche taal, en in de wis-, aardrijks-, sterren- en teekenkunst.

Vroeger, in ons hoofdstuk over de tegenwoordige veranderingen van den bodem, hebben wij gezien, dat die schommelingen der aardoppervlakte nog in onzen tijd voortduren, en dat de zee weer aanwint in het westen en noorden van Frankrijk, in België, Holland, in het zuiden van Zweden enz. terwijl zij terugwijkt in het noorden van het Scandinavische schiereiland, aan de mondingen van de Po, den Nijl, de Rhône enz.

dan zee ze altied:

De zee is het groote arbeidsveld der Bocchesi: een jaar van stormen richt dan ook onder de bewoners droevige verwoestingen aan, en somwijlen ziet ge dorpen, waar de halve bevolking in rouwgewaad is gehuld.

Columbus herinnerde zich een verhaal van Aristoteles, waarin voorkwam, dat eenige schepen, bij Cadiz zeilende, door een' storm waren aangegrepen, en zóó ver in den Oceaan geslagen werden, dat ze eindelijk gekomen waren bij eene plek, waar de zee zóó begroeid was met groene planten, dat ze wel een weideveld van oneindige uitgestrektheid scheen.

waarin niet één schip de zee bevaart waarvan te hooren dat het schipbreuk leed niet den een of anderen koopman zou verblijden;

Is de zee in hevige beweging, dan spat het water hoog boven ons uit;

Daarom staan de bergwanden daar zoo rijk versierd, als de zee en haar bondgenoot, de wind, het hebben kunnen doen.

Het was een lage ondiepte, een ongure, gevaarlijke plek waar de zeeën onophoudelijk over heen braken, waar geen mensch kon leven, waar zelfs geen zeevogels konden rusten.

Verder daarachter een ware zee van bergen, die onmerkbaar dalen en waarin het spel van het licht zonderlinge tegenstellingen vormt;

Hooggaande golven sloegen luid tegen den boeg van de schepen, zooals de branding tegen bergen beukt, en heel de zee was een dreigende deining.

Het schip slingerde beurtelings de stuurboord- en bakboord-reeling onder water, en midscheeps was de zee niet van het dek.

De zee was tot een duizelingwekkende diepte onder hem.

Toen ze alles zoo wat ten naostebij klaor hadde, dee ik in heur stoove een »gloria de victoria", zooas juffer Fik zeg, die Fransch kan, schuef de Zundagsche stoel met het gruene kussen, de Parlements-stoel zee doomnee er tegen, toe ie nog hoesbezuek dee, an de taofel, zette het zulveren deussien met Hannoversche zinkensnuf

De zee is de onverbiddelijke maatschappelijke duisternis, waarin de strafwet haar veroordeelden werpt.

Die zeevorming, die aantoont, dat in de eerste eeuwen der eocene periode, de zee eenen nieuwen inval gedaan heeft, wordt meer naar het zuiden aangewezen door eenen band van ronde strandkeien, die thans door kiezel aan elkander verbonden zijn en nog steeds de grens aanwijzen van den inval der zee.

De zee was buiten de Sidragolf effen en glad.

De zee was prachtig effen en gelijk van kleur, ik zat op een rots met mijn voeten in 't water en den blik gericht naar 't verre gezichtseinder.

Die heldere, horizontale baan is de zee, die ongelijke horizontale streep is Madoera, het eiland waar ge over heen ziet.

De zee is het verstorend element; zij is de Mefistofeles in de aardsche schepping;

De zee is de onmetelijke ellende.

De prauw werd op het rif gezet, en verschillende jongelieden sprongen uit het vaartuig en doken in de opening tusschen de koraalriffen, juist op de plek waar de branding het hevigst was en de zee een draaikolk geleek.

Terwijl deze gebeurtenissen gedurende de laatste jaren te land voorvielen, was ook de zee getuige van meer dan één belangrijk feit.

De zee is altijd een ontzaglijk gezicht, maar als men haar ziet op een volstrekt eenzame plek, met niets dan het dorre duin links en rechts en achter zich, zonder hut aan het strand of zeil op hare vlakte, dan grijpt de aanblik dier uitgestrekte ledigheid u dubbel aan.

86 Metaforen voor   zee