80 voorbeeldzinnen met sterfelijk

Gij zoudt wel gelukkig zijn, mijnheer de ezel, zoo gij kondt blijven smullen zonder dat iemand u stoort en u herinneren komt dat gij sterfelijk zijt, dat wil zeggen geboren om te lijden en te verduren.

Zij was reeds oud, ongetwijfeld, en wij zijn allen sterfelijk.

vanaf den worm in het stof, dien nog geen sterfelijk wezen heelt kunnen scheppen, tot aan den adelaar, dien Hij vleugels gegeven heeft en het vermogen om van de hoogte op de diepte neer te zien;

"Doch lijkt het u van een arm sterfelijk wezen geen vermetele handelwijze, om zulk een werk te beginnen?

Van standaarden, trofeeën en heraldisch Gedierte, waaromheen de lach des Doods klonk, Begraven teekens van verwoesting, dood nu, Verwoesting in verwoesting;en ernaast Bouwvallen van veel uitgestrekte steden, Waar de bevolking, overgroeid door de aarde, Sterfelijk, maar niet menschlijk was.

Zij werd met den overigen inhoud van het glas ingeslikt, en werd, daar zij in den moederschoot van de vrouw van Etar was opgenomen, geboren als een schijnbaar sterfelijk kind, en groeide tot een bloeiende maagd op, zonder iets van haar waren aard en haar afstamming te weten.

Die Curoi komt voor in verschillende verhalen uit den Cyclus van Ulster, met zóódanige attributen, dat het duidelijk blijkt, dat hij geen sterfelijk koning, maar een plaatselijke godheid was.

Christus zelf, de hoogverheven bewerker en redder van onze onsterfelijkheid, nam een lichamelijk hulsel aan, dat, ofschoon sterfelijk, toch aan geen ziekten was blootgesteld.

En laten wij nog meer van Hem opmerken, die jegens ons vol vrome welwillendheid is, dat het ons misschien dan overkomt, daar hij de scherpte van het sterfelijk oog niet in de geheimen van den goddelijken geest kan inwijden, dat wij, bedrogen door onze meening, Hem van te voren tot pleitbezorger maken van een soort gedachte, welke door dien geest met eeuwige ballingschap is afgewezen.

Want ons leven, dat in ons sterfelijk lichaam niet anders dan kort kan zijn, vereeuwigt zich door den roem.

Vaag voelde ik berouw als over heiligschennis, en daarbij was het mij zoo wel te moede, zoo blij, zooals het den mensch moet zijn die iets aanschouwt dat nog geen sterfelijk wezen vóór hem heeft gezien. III.

ik ben, en heb mijn vrijheid te lief, dan dat ik me zou haasten die op te geven voor eenig sterfelijk man!

Hij een sterfelijk wezen, doch onsterfelijk zal Hij terugkeeren.

Ieder onzer is sterfelijk op elken leeftijd, maar toch, vader!

" "Geen sterfelijk mensch kan u laken, George.

"Zij scheen niet de dochter van een sterfelijk mensch, doch van eenen god."

Geen sterfelijk wezen ontwaarde zij in de rondte, en toch, toch bleef haar oog in dat donkere verschiet staren, toch zweefde haar geest over die thans zoo droeve landstreek, en dwaalde met vurig verlangen, maar tevergeefs, door de ontvolkte straten der stad en door de ontruimde balzalen van het Prinselijk paleis, ten einde

"Geen sterfelijk wezen is de raadsman naar wiens uitspraken de Onzienlijke zich richten zal.

Gewoonlijk waren zij de zonen van een god of godin en van een sterfelijk wezen.

"waarin voor u het hoogste geluk van dit sterfelijk leven schijnt te bestaan.

Van daar dat zij, als er geld gevraagd wordt, zonder hetgeen ik, noch eenig sterfelijk mensch den oorlog kan ondernemen, er altijd over harrewarren, alsof zij nog aan het babbelen waren met den overleden keizer.

de onsterfelijke ziel in den mensch, en een mystiek onderbewustzijn, een sterfelijk iets, instinkt genoemd, in het dierkan de nieuwe school geen ander verschil dan een van graden ontdekken

Voor Emma, die gewoon was uit de vensters van Belvedere den blik te laten weiden over een landschap van vele uren in den omtrek; die in de Duinendaalsche bosschen plekjes had leeren ontdekken waar geen sterfelijk oog u bespieden kon en zelfs de konijnen hunne schichtigheid schenen te hebben afgelegd;

"de mensch is sterfelijk!" ...

Eens zal Hij ook dit uw sterfelijk lichaam aan zijn verheerlijkt lichaam gelijk maken.

80  voorbeeldzinnen met  sterfelijk