38 Te beschrijven bijvoeglijke naamwoorden varen

Nu, wouts God, ic wille varen jaghen,

Wij heschen de zeilen en lieten den motor met volle kracht werken, want wij moesten zoo snel mogelijk door de baai varen.

Hier mede wensen uls met het gantse scheepsvolck een behouden varen, ende beveelen gesamentl:

Een aardige, kleine boomachtige Varen voor de kamer is de Lomaria gibba, een boschvaren uit Australië, met zeer hard loof en een donker slank stammetje, dat steeds vochtig gehouden, dus dikwijls bespoten moet worden.

En dan, terwijl het beekje bij elken kronkel als wegschuilt in slingerend braam- en struikgewas, terwijl het omlaag de breedgewiekte varen kust en dartelt door de biezen heen, dan wordt het woudofschoon niet dichter, steeds schooner van vorm en van tooi, en stralen de beekheuvels steeds rijker in kleurenpracht.

Door dien doorsteek, die een sterk waterverval heeft, waardoor niet minder dan vijftien sluizen benoodigd zijn op haar lengte van slechts negen mijl, kunnen slechts smalle vaartuigen van weinig diepgang varen.

In het leisteen van Angers heeft men eenen schoonen afdruk van eene varen gevonden.

Ik ben bang, om in herhaling te vallen, maar ik moet toch wel een woordje zeggen van die dennen van twee meter middellijn, van die prachtige ceders, reusachtige, rechtopgaande zuilen, in welker schaduw een tweede bosch van minder hooge boomen groeit en een geheele wereld van struiken en elegante varens.

wi willen van hier scheiden ende varen in ons lant: te Barnen binnen der steden daer sijn wi wel becant.

Stel u een bouquet voor, waarvan de uiterste rand uit frischgroene varen bestaat;

Hij joeg de beelden achter mekaar, deed waarachtig in 't geluchte varen de mirakelachtige schepsels uit de verbeelding van den schilder geboren.

Dick Sand schatte de gemiddelde vaart op niet minder dan op twee honderd mijlen per dag!

laat de geneeskunde varen en gaat uit Valladolid.

Mijnheer Surlet d'Avenits, die op zijn dik, gemakkelijk, rondborstig en wellevend lichaam het veelbelovend gezicht droeg, dat bij een hypotheekaanbieder past, liet op dat gezicht een geheimzinnig glimlachje varen, dat voor eene opinie of voor een gebrek aan opinie gelden kon.

' die jonghelinc neder ter aerden viel van groter vaer.

Zooals onder de meeste Oostersche volken, waren astrologische kalenders, welke aangaven, welke dagen gunstig varen, of niet, zeer veel in gebruik en steunden eenigszins op mythologische gebeurtenissen, welke op dezen, of dien datum plaats gegrepen hadden en verleenden aan dezen voor altijd een zeker gewicht.

10 'Ende sul wi dus te hemele varen, so

De antheridiën brengen trillende lichaampjes voort, die met eene eigenaardige cel van een archegonium zich vereenigende, deze tot een bebladerd plantje, de jonge varen, doet uitgroeien, welke dus de tweede generatie is.

Een aardige, kleine boomachtige Varen voor de kamer is de Lomaria gibba, een boschvaren uit Australië, met zeer hard loof en een donker slank stammetje, dat steeds vochtig gehouden, dus dikwijls bespoten moet worden.

om 't gene ik late varen, om 't gene ik vangen kan, en.... God gebenedijd mij zijt!

dit comt van schone vrouwen, laetse varen diese niet en begheert.

Als ic uten lande varen moet al binnen den eersten jare: hoe dic verwandelt mijn bloet, ic sterve een martelare.

"wanneer een groot coninc oft een wijs lantshere varen wilt in pelgrimagien, in verren lande, soe roept hi sine ghenoten

1711, bij het overvaren van het Strijensche sas, ongelukkig om het leven.

Reusachtige varens, die veel overeenkomst hadden met den plantengroei in het silurische tijdperk, groeiden aan haar oevers.

38 Te beschrijven bijvoeglijke naamwoorden  varen