29 Te beschrijven bijvoeglijke naamwoorden kaarsje

Eene kaars, die op eene toonbank stond, geleek veel op een maantje in 't laatste kwartier dat in den mist opkomt.

recht als eene kaars, de handen onder 't hoofd, den rechtervoet over den linker geslagen, doodstil, zonder zich te verroeren.

op de vier hoeken, in groote koperen kandelaars, staan de hooge kaarsen stil te branden.

'Het is toch niets anders dan een groote kaars, of je in kaarslicht of zonlicht zit is volmaakt hetzelfde.

Van hem is ook de uitspraak: "Hoe groter de duisternis, des te helderder het licht, ook al is het niet meer dan dat van een kleine kaars.

Achter de kunstmatige oevers, aangelegd om het land te beschermen, komen de met wimpels versierde masten aanglijden, zachtjes en voorzichtig, en het is allermerkwaardigst, die zeilen en masten te zien passeeren boven de landen als lange, zwarte kaarsen.

Een paar bergbewoners met dunne kaarsen bieden aan, mee te gaan; men verwacht iets fantastisch en ziet niets dan een hol van 15 à 20 M. diepte, met enkele stalactieten en geelwitte stalagmieten.

Het orchest bestaat uit een trommel, die het gezang begeleidt en de maat aangeeft voor den dans; eenige kaarsen, door toeschouwers op de eerste rij in de hand gehouden, verlichten dit zonderling tafreel.

Prins Carnaval verwaaid en 't laatste kaarsje op het Corso uitgedoofd, of de kerk tracht de gemoederen weer volkomen te beheerschen.

Achter de kunstmatige oevers, aangelegd om het land te beschermen, komen de met wimpels versierde masten aanglijden, zachtjes en voorzichtig, en het is allermerkwaardigst, die zeilen en masten te zien passeeren boven de landen als lange, zwarte kaarsen.

Op reusachtige kandelaars met zeven en met negen armen branden voortdurend reine kaarsen;

Als hier op feestdagen kostbare tapijten zijn opgehangen, en bij het licht van tallooze kaarsen, te midden van wolken wierook, een lange stoet priesters, zangers en koorknapen het van edelgesteenten fonkelend kruis volgt op zijn ommegang, waant men zich vier eeuwen terug, in de roemrijke dagen der groote Isabella van Castilië.

Huilerig-grommend keek de heer Zwaluw naar het huisgezin op de planken, en ineens bukkend raapte hij 't miniatuur-ommeletje der uitgebrande kaars, proefde er met de voortanden vangelijk-ie als knaap had gedaan van 'n tablet chocola.

Dan, zei Bruno, laat mij dan een perkament brengen uit vel van een ongeboren kalf en een levende vleermuis en drie korrels wierook en een heilige kaars en laat mij gaan.

Het zijn zeer bizondere kaarsjes.

Een bescheidene kaars verlichtte of verdreef althans de duisternis uit de spreekkamer.

De Sultans waren gewoon in de decreten, waarbij zij deze tot vorsten der beneden-Donaulanden benoemde tolken bevorderden, in hunne bloemrijke, maar toch zeer veel beteekenende oostersche taal over hen te spreken, als over "eene door hunne hand aangekweekte plant, eene licht verspreidende en door hen aangestokene kaars."

Op deze bank, die door verscheidene kaarsen werd verlicht, zat een man tusschen twee gendarmen.

Hij zat met Johan Doxa, den eeuwigen Gothieker, bij een vonkend kacheltje en onder de bibberklaarte van eene lekkende kaars.

De Kerels zaten hier en daar in de kapelle of in de benedenkerk bij groepen ten gronde, rondom eenige ontstokene kaarsen, en schouwden met somberen blik in de donkere ruimte der kerk of spraken treurig van hunne doode vrienden.

En nu worden de overige kaarsen uitgesnoten of weggezet (lampen waren toen nog niet in gebruik) en wij zitten in 't stikdonker, de enkele stralen niet medegerekend, die uit de reten en gaatjes der lantaarn ontsnappen.

Dan de witte bruidsmeisjes met de witte kaarsen, die vlammetjes fladderen op den wind.

En in dat groote buiten-dood-zijn waren de pad-lantarens vreemde dingen, schril kindergespeel in een sterfhuis, stille, rood afschijnende kaarsen, door vreezende handen gezet bij het lijk van een dooden machthebber.

"'t Vuur brandt uit en de dure kaarsen ook.

Na de beterschap wordt het kind soms aan zijn congregatie gewijd; het wandelt mee in de processies en torst evenals de mannen een zware kaars, soms door de kleine handjes verbrokkeld.

29 Te beschrijven bijvoeglijke naamwoorden  kaarsje