85 Te beschrijven bijvoeglijke naamwoorden buiging

Hedwig maakte een diepe buiging voor haar aanstaande meesteres en verdween.

Toen hij deze woorden kortaf gezegd had, maakte hij eene lichte buiging;

Het bovenlijf helt niet alleen zijdelings naar den bouwmeester over, het maakt ook eene kleine buiging voorover.

ik wist inderdaad niet wat te antwoorden, en bepaalde mij tot eene beleefde buiging.

Toen hij deze woorden kortaf gezegd had, maakte hij eene lichte buiging;

De bedienden gingen statig rond en boden heerlijke dranken aan, met eerbiedige buiging.

Mijnheer Negotiant stond op, maakte een sierlijke buiging, pakte zijn jumelles en pince-nez bij elkaar en zei:

De kotau zal Z.M. toch wel niet verwacht hebben, den hoed afnemen is in mohammedaansche landen ver van een eerbewijs en ongeveer op twintig pas afstands een paar hoffelijke buigingen te maken, zou mijzelf zoo belachelijk zijn voorgekomen, dat ik ze toch niet in ernst had kunnen volvoeren.

Een muzikant, op een ton staande, is voldoende, en men danst de oude boerendansen met de vastgestelde figuren en de deftige buigingen.

antwoordde zij, met een koele statige buiging van het hoofd.

Hare blijde oogen zagen een jeugdige, blonde verschijning, die met een innemend lachje en een bevallige buiging het eerbiedig nijgen der hotelgasten beantwoordde, en uiting gevend aan het warme gevoel van liefde en bewondering, dat haar bezielde, wuifde Elsje met hare beide handen en riep met bevende lippen, luid en juichend: "O koningin, koningin, koningin!"

u scheef te bezien en, gezien de lafheid der mannen, zult gij nergens op uwen weg iets anders aantreffen dan nederige buigingen, groeten, loftuitingen en de algemeene achting, ter eere van de spierkracht uwer geduchte vuisten.

Hij maakte alleen een kleine buiging en zeide:

Deze knievormige buiging van de hoofdstang is een veel belangrijker feit dan de aanwezigheid van de voorste zijspruit:

" "Uw dienaar mevrouw," zei de dansmeester met een tweede buiging.

Warenka maakte een natuurlijke en eenvoudige beweging, half buiging half groet, en begon dadelijk vrij en eenvoudig, zooals zij met allen deed, met den vorst te spreken.

Dank zij het voortreffelijk beheer van zijn burgervader (meneer de pastoor onderbrak even zijn rede om hoffelijk in de richting van 't Barontje te buigen) bijgestaan door zijn edele echtgenoote (nieuwe buiging naar de barones toe en beweging op de boerenstoelen)

Canaille-pak," zegt hij halfluid, en als hij de deur binnengaat, keert hij zich nog even om naar de vrouwen, neemt met een spottende buiging zijn kletsnatten hoed af en roept: »

zoo ongeveer wellicht op dezelfde wijze, waarop een Fransch edelman de verweeuwde vriendin zijner jeugd nog elken dag bezoekt en weemoediglijk zacht causeert en haar lieve en bevallige geschenkjes met bescheiden glimlach en hoofsche buiging biedt.

De burgemeester vond hierin aanleiding Rob eenige waardeerende woorden te zeggen, die deze met een verlegen buiging beantwoordde.

Het kwartsgesteente moet zeer deegachtig geweest zijn, toen het zulke merkwaardige buigingen onderging zonder te breken.

met een stijve buiging vraagt hij haar ter nauwernood hoe zij vaart;

"Hier is 't geen plaats voor de heilige buiging.

hare blauwe kijkers en lachtte even of knikte met zachte buigingen, bij maniere van gelukkig-zijn.

antwoordde zij, met een koele statige buiging van het hoofd.

85 Te beschrijven bijvoeglijke naamwoorden  buiging